De 33-jarige man uit Steenwijk die ervan wordt verdacht in de vroege ochtend van zondag 11 mei zijn 33-jarige partner om het leven te hebben gebracht, had vlak daarvoor een huisverbod opgelegd gekregen.

Het gezin aan de Burgemeester Voetelinkstraat in Steenwijk was bekend bij politie en hulpverleningsinstanties in verband met eerdere gevallen van huiselijk geweld.

Zaterdagmiddag 10 mei werd bij de politie een melding gedaan van huiselijk geweld in de woning. Agenten gingen ter plaatse en troffen daar een man en een vrouw aan. Er was een ruzie tussen beide geweest. De aanwezige agenten zagen geen zichtbaar letsel bij de betrokkenen en bovendien wilde geen van beiden aangifte doen. Er is geen aanleiding gevonden om iemand aan te houden of om een strafrechtelijke procedure te starten.

De agenten vonden wel nodig, gezien de situatie die zij ter plaatse aan troffen, dat er hulpverlening werd aangeboden aan het gezin. De politie heeft samen met hulpverleners, van jeugdzorg en stichting huiselijk geweld, met zowel de man als de vrouw uitgebreid gesproken. Hierop werd besloten om de 33-jarige man een huisverbod op te leggen. Na deze gesprekken hadden zowel politie als hulpverlening niet de indruk dat sprake was van een acute dreigende situatie. Een huisverbod werd opgelegd om in deze 10-daagse afkoelingsperiode de hulpverlening beter op gang te kunnen brengen. Dit huisverbod werd aan de man later op de avond uitgereikt, vlak voordat het misdrijf plaatsvond waarbij de 33-jarige vrouw om het leven kwam. Naast het onderzoek naar de toedracht van de dood van de vrouw wordt uiteraard ook de procedure en beslissingen die genomen zijn in het kader van de hulpverlening gevalueerd onder de verantwoordelijkheid van het Openbaar Ministerie.