Rijksrecherche onderzoek zaak Kekerdom afgerond
De Rijksrecherche heeft het integriteitsonderzoek naar aanleiding van de vondst van drie lichamen in een woning in Kekerdom afgerond. Uit het Rijksrechercheonderzoek is niet gebleken van integriteitsinbreuken ten aanzien van andere lopende of afgesloten onderzoeken binnen het korps Gelderland-Zuid of van betrokkenheid van andere medewerkers bij het crimineel handelen van de 59-jarige politie-inspecteur.
Aanleiding
Op zondag 9 september 2012, werden drie lichamen levenloos aangetroffen in een woning in Kekerdom. Onder hen was een 59-jarige inspecteur van de regiopolitie Gelderland-Zuid, de eigenaar van de woning. Na onderzoek door de politie Gelderland-Midden is vast komen te staan dat de politieman eerst de twee anderen en daarna zichzelf met zijn dienstpistool om het leven had gebracht.
Start onderzoek
Op last van het Openbaar Ministerie is de Rijksrecherche op 9 september 2012 een strafrechtelijk onderzoek gestart, een zogenoemd integriteitsonderzoek. Dit om inzicht te krijgen in de criminele activiteiten en contacten van de politie-inspecteur en de mogelijke betrokkenheid van andere politieambtenaren daarbij, in de periode van 1 januari 2008 tot heden. Daarnaast richtte het onderzoek zich op het eventuele afbreukrisico naar lopende en/of afgesloten politieonderzoeken waar de politie-inspecteur een rol in heeft gespeeld.
Hennepkwekerij
Uit het onderzoek is gebleken dat in de woning van de 59-jarige politieman een werkende hennepkwekerij is aangetroffen met 224 planten. Daarnaast waren er ook andere verdovende middelen in de woning aanwezig, zoals 186 XTC-pillen, een hoeveelheid GHB en amfetamine, en meerdere oude vuurwapens.
De herkomst van de verdovende middelen en wapens is niet vast komen te staan. Er zijn geen aanwijzingen dat er met de betreffende wapens strafbare feiten zijn gepleegd.
Integriteit
De 59-jarige politieman was ook buiten werktijd actief met onderzoek naar criminele activiteiten, zo blijkt uit het onderzoek. Daarbij is vast komen te staan dat hij op twee momenten zijn rol en functie als politieman heeft ingezet zonder daarvoor de benodigde toestemming te hebben van justitie. Zo heeft hij in 2011 een auto in beslag laten nemen van een verdachte en in november 2008 twee politiemensen de opdracht hebben gegeven te gaan kijken op een besloten erf zonder dat daarvoor de benodigde toestemming was gevraagd. In het onderzoek van de Rijksrecherche zijn verder geen afbreukrisico's vastgesteld aan lopende of gesloten politieonderzoeken waarbij de 59-jarige politieman betrokken was, er zijn geen onderzoeken besmet.
Verder heeft het onderzoek zich ook gericht op de integriteit van de collega's van de politieman. Zo is er onder meer gekeken naar de rol van de politieman die het huis verhuurde aan de twee personen die door de 59-jarige politieman om het leven zijn gebracht. Uit het onderzoek is niet vast komen te staan dat deze collega wist van de criminele activiteiten van zijn twee huurders. De man was weliswaar op de hoogte van de plannen om de zolder van het huis dat hij verhuurde te isoleren, maar in het onderzoek is niet vast komen te staan dat de man ook daadwerkelijk wist dat er een hennepkwekerij in aanbouw was.
Verder is ook niet gebleken dat andere politieambtenaren betrokken zijn geweest bij criminele activiteiten van de 59-jarige politieman.
Wapenbezit
De politieman was volledig IBT gecertificeerd, maar in strijd met de geldende regels had hij zijn dienstwapen thuis.
Rol korps Gelderland-Zuid
Uit het onderzoek van de Rijksrecherche is gebleken dat de politieman vanaf 2009 als leidinggevende een vertrouwensfunctie bekleedde. Voor een dergelijke vertrouwensfunctie is een zogeheten P-onderzoek vereist. Dat onderzoek heeft echter niet plaatsgevonden.
Voorts is gebleken dat de 59-jarige politieman binnen een opsporingsonderzoek van een ander politiekorps naar voren kwam als een contact van een van de verdachten. De politieman is daarbij echter niet als verdachte aangemerkt gelet op de aard van die contacten. Deze informatie is aan het korps Gelderland Zuid verstrekt en heeft niet geleid tot een nader onderzoek. Dit op verzoek van het korps waar het opsporingsonderzoek loopt.
Conclusie
Uit het Rijksrechercheonderzoek is niet gebleken van integriteitsinbreuken ten aanzien van andere onderzoeken binnen het korps. Ook is niet vastgesteld dat andere politieambtenaren betrokken zijn geweest bij criminele activiteiten van de man.